Phrases
Zinnen
Wat is uw naam?
What's your name?
formal
Wat is jouw naam?
What's your name?
informal
Hoe heet u?
Who are you?
formal
Hoe heet je?
Who are you?
informal
Ik heet Sarah.
I'm Sarah.
Mijn naam is Nick.
My name is Nick.
Dit is Laura.
This is Laura.
Dit is Thomas.
This is Thomas.
Aangenaam kennis te maken
Nice to meet you
Wat is je beroep?
What do you do for a living?
Ik ben een student.
I'm a student.
Ik ben een grafisch ontwerper.
I'm a graphic designer.
Ik werk in de verkoop.
I work in sales.
Comments